De opdracht werd bij mij neergelegd omdat de Rotterdamse Oogstmarkt graag de regionale voedselketen willen bevorderen en mensen meer bewust willen maken over de voordelen hiervan. Dit doen ze nu door het organiseren van de wekelijkse oogstmarkt op de zaterdag op het Noorderplein en evenementen. Hier verkopen ze regionale en zelfgemaakte producten. Men kiest er nog sneller voor om niet naar de Rotterdamse Oogstmarkt te gaan, omdat het nog gemakkelijker is om bij grote supermarkten zowel fysiek als online het hele jaar door de gewenste producten te kopen voor vaak een zelfs goedkopere prijs.
Ik heb mij gericht op de volgende doelgroep: gezinnen in Rotterdam met een beperkt budget en vaste boodschappenroutines. En ik gebruikte de ontwerpmethode: Double Diamond
Oogstmaatje is een digitale tool die gezinnen helpt bewuster om te gaan met seizoensgebonden en lokaal geteelde groenten en fruit. Via een korte vragenlijst stellen gebruikers een smaakprofiel op, waarna ze seizoensinformatie, passende alternatieven en recepten ontvangen op basis van hun voorkeuren. De ingrediënten kunnen direct worden toegevoegd aan een boodschappenlijstje dat gekoppeld is aan het actuele aanbod en de prijzen van de Rotterdamse Oogstmarkt.
Ik begon met deskresearch naar de opdrachtgever: wie zijn ze en wat willen ze bereiken? Omdat ik zelf vaak naar de markt in mijn buurt ga, vroeg ik me af wat de Rotterdamse Oogstmarkt nou echt anders maakt. Ik bezocht de markt en observeerde met de Fly on the Wall-methode, met een paar vragen als houvast. Tijdens mijn tweede bezoek hield ik een vrije interview met een verkoopmedewerkster. Ze vertelde over haar vaste klantenkring, ook had ze het best druk (wat een goed teken was). Ze vertelde dat social media geholpen heeft om meer mensen naar de markt te krijgen. Daardoor vroeg ik me af: waarom komen sommige mensen hier nooit? Om dat te begrijpen, zette ik Photo Journaling in — daarover meer hieronder.
Ik had aardig wat informatie kunnen verzamelen en het werd nu tijd om dit om te zetten in bruikbare inzichten. Hier ging ik voor het eerst een empathiemap maken, ik gebruikte dit keer een template. Daarnaast stelde ik ook een paar statement cards op, zo werd het voor mij ook een beetje duidelijk wat kort de inzichten waren uit het onderzoek.
Nadat ik alle inzichten had verzameld, begon ik met het vormen van ideeën. Ik organiseerde een co-creatiesessie met een van deelnemers van het photo journaling. Omdat ze nog niet eerder op een gestructureerde manier had gebrainstormd, startte we met een luchtige warming-up over een nieuw kapsel, zodat ze zich meer op haar gemak voelde. Daarna gebruikten we de methodes negatief brainstormen en rolestorming. De prompts baseerde ik op mijn ontwerpvraag, die ik opsplitste in kleinere, behapbare onderdelen: " Hoe kunnen we jonge gezinnen tussen de 25 en 35 jaar informeren welke de seizoensgebonden groentes en fruit zijn, waardoor ze hier rekening mee kunnen houden en hun eventuele bezoek aan de Rotterdamse Oogstmarkt beter kunnen inplannen."
Ik had een concept uitgewerkt op basis van de co-creatie sessie, maar hoe ging ik dit testen? Ik begon met het schetsen van wireframes en schermen, maar merkte al snel dat ik daarvoor simpelweg te weinig tijd had — ik had nog maar een week. Op advies van mijn docent voerde ik daarom een concepttest uit bij nieuwe respondenten, ouders met kinderen. Ik liet hen het scenario doorlezen en stelde een aantal gerichte vragen. Op basis van hun feedback verfijnde ik het concept tot de versie die in het eindresultaat te zien is. Ook maakte ik een nieuw scenario met een krokodil als hoofdpersoon, zodat de focus meer op de inhoud lag dan op het uiterlijk van het personage.